Met in mijn hand de zwart en witten
Ontworstelt een ‘aha’ zich vrij
Taaie bellen grijze averij
Spatten zonder spetten, spitten
Door wat ik wist, en weer wil weten
Maar, wat zich opent, sluit zich weer
Al wat ooit was, deels weggevreten
flitst manifest, dan nimmer meer
Dan kijk ik op en zie in droeve
Ogen voor een tel mijn spiegelbeeld
Je lacht een glim, ik geef als proeve
Een teruglach in een doof staccato
Je troost mijn mond als intermezzo
En in mijn hoofd….verdampt jouw foto
© André Meulman 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten